Tag: Stationsgebied

De tunnelbeelden: “streng, eenvoudig en statisch”

De replica’s van de beelden bovenop de Stationstunnel. Foto: RCE Amersfoort

De beelden voor de Stationstunnel in Roermond behoren tot de bekendste van kunstenaar Joep Thissen (1919-2010). De beelden die er nu staan, zijn echter replica’s die trouwens in slechte staat zijn. Met de plannen om het Stationsgebied te hervormen, klinkt ook de roep om de originele beelden weer terug te plaatsen.

‘Spierkracht en Denkkracht’ heten de twee levensgrote beelden, die werden geplaatst in 1954. Denkkracht wordt verbeeld door een man met in de ene hand een rol papieren en in de andere hand een tandwiel. Links naast hem staat een stoere arbeider, de kin uitdagend omhoog, ontbloot bovenlijf, met een mijnlamp en een houweel. Spierkracht!
De beelden drukken het elan uit dat zo kenmerkend was voor de jaren na de oorlog. De stad herrees uit het puin, overal werd gebouwd om te kunnen voldoen aan de sterk toegenomen vraag naar woningen, werk was er in overvloed, en na de oorlog kon de toekomst alleen maar zonnig zijn.
Voor Roermond lonkte met name het perspectief dat in Herkenbosch weldra de Beatrixmijn geopend zou worden. In die situatie was een tunnel onder het spoor geen overbodige luxe. De bevolking van Roermond was eeuwenlang klein genoeg geweest om binnen de singels te kunnen wonen, maar nu barstte de stad uit zijn voegen. Vanuit het oosten kon het spoor alleen worden overgestoken bij het Slachthuis en een stuk verderop bij de Veeladingstraat. Met het oog op de uitbreidingsplannen was dat een volstrekt ontoereikende situatie.
Niemand minder dan de beroemde architect Sybold van Ravesteijn, die in Roermond ook al de watertoren naast het station had gebouwd, kreeg opdracht voor de aanleg van een tunnel. Roermondenaar Joep Thissen kreeg de opdracht om deze te verfraaien met beelden.

Elementaire vormen

Voor Thissen waren de jaren 50 een decennium waarin hij zich enorm profileerde. Zijn vroegere werk was realistisch en natuurgetrouw, maar in deze periode begon hij zich steeds meer te concentreren op de weergave van de meest elementaire vormen. Dat was al te zien in het werk dat hij verrichtte voor de Beeselse keramische ateliers Sint Joris en Loré, maar ook in zijn beelden.
Als beeldhouwer is Thissen waarschijnlijk het bekendst geworden. Het kon ook bijna niet anders. Zijn grootvader was de beeldhouwer Joseph Thissen, voormalig ‘professor’ aan de Tekenschool en oprichter van een ‘Atelier voor kerkelijke kunst’ dat was gevestigd in de Neerstraat. Van zijn hand was het Christoffelbeeld dat in 1895 op de torenspits van de kathedraal werd geplaatst, maar tijdens een enorme storm in 1921 omlaag donderde. Na het overlijden van Joseph (1920) werd het atelier in de Neerstraat voortgezet door zijn zonen Sjef (overleden in 1934) en Christof (overleden in 1956). Joep was een zoon van Sjef.
In 1951 had Joep Thissen voor de Sint Franciscusput aan de Godsweerdersingel al een beeld gemaakt, maar de opdracht voor de tunnel was van een andere orde. Niet alleen gezien de omvang, maar ook vanwege het prestige dat eraan verbonden was. Zowel aan de oost- als aan de westkant van de tunnel waren beelden voorzien.

Het originele beeld van de graaf staat nu in het Stadspark aan de Voogdijstraat

Spierkracht en Denkkracht kwamen aan de oostkant. Natuurlijk! Want daar lag de toekomst, weg van de oude stad en het verleden. Voor de westkant van de tunnel, die naar de historische binnenstad is gericht, maakte Thissen beelden van historische figuren: een beeld van de graaf van Gelder en een beeld van zijn gemalin. Centraal in het midden kwam een beeld van de stadspatroon, Sint Christoffel.

Op 31 juli 1954, een week voor de officiële opening van de tunnel, verscheen in de Maas- en Roerbode al een artikel over de beelden, geschreven door kunstredacteur Jules Kockelkoren. Die was lyrisch. “De vier beelden zijn streng, eenvoudig en statisch gehouden, geheel gedacht tegen de massieve betonwand als achtergrond. Maar juist dit strakke gesloten houden der beelden in duidelijke, krachtige vormen (…) bereikt de monumentaliteit die deze opdracht vergde.” Nota bene: de beelden van Denkkracht en Spierkracht stonden oorspronkelijk niet bovenop de tunnel, zoals nu, maar er tegenaan, zoals aan de westkant nog het geval is met de graaf van Gelder.

Kritiek

De beelden, met hun hoekige vormen, zijn typisch voor het werk van Thissen. Juist dat stijlkenmerk leverde hem echter ook kritiek op. Geheel in lijn met zijn streven om zich te beperken tot elementaire vormen, had Thissen op het Christoffelbeeld de handen en voeten van het kind Jezus weergegeven zonder vingers. Dat kon écht niet door de beugel bij sommige vertegenwoordigers van de katholieke kerk. Er moesten vingers en tenen komen.

Dezelfde hoekigheid kenmerkt ook zijn beroemdste beeld, waarvoor hij in navolging van zijn grootvader de opdracht kreeg: de Christoffel die in 1957 op de top van de kathedraaltoren werd geplaatst. Thissen maakte het ontwerp, dat door koperslager Claessen werd uitgevoerd. Toen ook dat werk hem op kritiek van de kerk kwam te staan, was Thissen daar zo verbolgen over dat hij zich in het openbaar distantieerde van de uiteindelijke vorm: “Het is mijn beeld niet meer.”

Waar is de gravin?

Met uitzondering van het Christoffelbeeld aan de westkant van de tunnel, zijn alle originele beelden verplaatst of weggehaald. Nu er plannen zijn om het hele Stationsgebied op te knappen, klinkt ook de roep om terugplaatsing van de originele beelden. Liefst op de plaats waar die zich vroeger bevonden, dus niet óp maar tegen de tunnel.
Alleen, waar zijn ze gebleven? Lange tijd was alleen bekend welke plaats de graaf van Gelder had gekregen: tegen een muur in het stadspark aan de Voogdijstraat. Aan dat beeld is trouwens ook mooi het kwaliteitsverschil te zien tussen het origineel van euville marbrier (een grofkorrelige soort kalksteen) en de replica’s van namaakbeton die ervoor in de plaats werden gezet.

Denkkracht, in een kist op de gemeentewerf. Foto: Dennis Janssen

Waar Spierkracht en Denkkracht zich bevonden was voor menigeen onbekend. Pas in 2015 werd een van de originele beelden (Denkkracht) teruggevonden door de Stichting Ruimte, opgeslagen in een kist op de gemeentewerf. Slechts één van de twee op elkaar liggende kisten kon worden geopend, het vermoeden is dat het andere beeld in de onderste kist ligt.
Alleen de verblijfplaats van de gravin is nu nog onbekend. Enkele oproepen op internet en in het blad van Stichting Ruimte leverden geen verdere kennis daarover op. Misschien ligt zij eveneens op de gemeentewerf, en is zij samen met het tweede beeld (Spierkracht) in de onderste kist terecht gekomen. Maar we moeten ook rekening houden met een ander scenario. “Dat beeld is in duizend stukken gevallen toen werd geprobeerd het van de tunnel te takelen,” vertelde iemand. “Maar helemaal zeker weet ik het niet.” Wie het wél weet mag zich melden.